Agapè leiderschap (hoofdpagina)
Recensie door ds. Jenno Sijtsma - speciaal voor deze website
Wat over het geestelijk leiderschap van R. C. Chapman gezegd kan worden, is samen te vatten in de woorden: gebed, bijbelstudie en naastenliefde. Hij was zich er elke dag van bewust dat het gebed grote dingen bij God vermag. Tevens was hij ervan overtuigd dat bijbellezen en studeren niet alleen een dagelijkse noodzaak is, maar ook dat het inspireert tot naastenliefde, geduld en verootmoediging. De lezer van dit boek wordt aangespoord ernst te maken met de genade van God, die een mens door alles heen leidt en bewaart. Zo, en zo alleen ontstaat er ruimte om te bidden en in het spoor van Jezus je weg te gaan, een weg die Chapman voorbeeldig gegaan is. Het is een zegen dit boek te lezen en te merken dat je erdoor gezegend wordt en tot zegen kunt zijn.
Recensie in Profetisch Perspectief, door Hubert Luns (juli 2013) - pdf
Robert Chapman was een van de mannen Gods in het Engeland van de negentiende eeuw. Het boekje Agapè leiderschap - lessen in geestelijk leiderschap uit het leven van R. C. Chapman is reeds in verscheidene talen verschenen, waaronder het Chinees. Chapmans levensverhaal wordt hier vooral met momentopnamen geïllustreerd en is dus geen gewone biografie. Grote mensen in de geschiedenis zijn altijd voorbeeldfiguren, en Chapman is dat zeker. Zoals Charles Spurgeon zei: ‘Hij is de heiligste man die ik ooit heb gekend.’
Lessen in geestelijk leiderschap is de ondertitel, maar dat doet tekort aan het algemeen stichtend karakter van het boek. Door te lezen hoe Chapman de christelijke principes in de praktijk bracht, werd ik mijn eigen tekortkomingen pijnlijk gewaar, al was het maar door de gedachten die ik over sommigen koester. Immers, wij zijn allen kinderen van de ene Vader en wij zijn allen geroepen om Christus’ liefde jegens eenieder in de praktijk te brengen, iets wat Chapman op sublieme wijze gestalte gaf. Dat principe wordt vertolkt door het Griekse woord voor liefde, agapè, een term die het nieuwe begrip van liefde weergeeft van de eerste christengemeenten dat, in navolging van de Meester zelf, een zichzelf weggevende liefde veronderstelt die aan individuele mensen verschijnt ongeacht hun persoonlijke ‘waarde’ of verdiensten. En dat nu dient het onderscheidende kenmerk te zijn van alle volgelingen van Christus. Hoe mooi wordt dat vertolkt: ‘Elke plaatselijke gemeente moet dus een etalage zijn voor de bovennatuurlijke liefde van Christus. Die liefde moet vanuit elk lid van het lichaam stromen naar elk ander lid van het lichaam en moet zichtbaar zijn voor de hele wereld en de engelen’ (pag. 11-12).
Iedere zin lijkt beter dan de ander, waarvan ik u hier twee kruimels toewerp: ‘Chapman placht te zeggen: Elke dwaling kan herleid worden tot een ‘deel’ van de Schrift dat uit de context werd gehaald; maar geen enkele dwaling kan de test van heel de Schrift doorstaan’ (pag. 21). En tevens, hetgeen veronderstelt dat wij als persoon onbelangrijk zijn maar dat Gods werk belangrijk is: ‘Hoewel Christus bedroefd kan worden over duizend dingen in ons die alleen Zijn oog kan zien, is niemand zo snel verheugd als Hij over onze kleine liefdebewijzen’ (pag. 67).
We moeten niet denken dat Engeland destijds een makkelijke plaats was voor evangelisatie. Nog minder was dat in kerk en omgeving van Barnstaple (in het uiterste zuidwesten van Engeland), een plaats waar hij altijd gebleven is. Het evangeliseren lag hem zo aan het hart dat hij daarvoor zijn lucratieve baan in de advocatuur neerlegde en de ladder afdaalde van een gegoede familie naar de achterbuurten van Barnstaple. Later voelde hij zich geroepen om tijdens reizen te gaan evangeliseren in het streng katholieke Spanje, wat in die tijd verboden was en dus een riskante onderneming. Maar hij had zich goed voorbereid, want hij had zich de taal eigen gemaakt. Het land doorkruisend greep hij iedere gelegenheid aan tot een persoonlijk gesprek waarin hij sprak over de hoop die in hem leefde.
Recensie in Uitdaging, door Leendert de Jong (maart 2013) - pdf
Nog steeds verschijnen er boeken over christelijk leiderschap. Dat is al jaren zo; de 'hype' van bezig zijn met christelijk leiderschap duurt langer dan menigeen dacht. Tegelijk neemt de variatie toe: eind vorig jaar verscheen een Dagboek voor leidinggevenden. Recent durfde een uitgever het aan om met een boekje te komen over iemand die leefde in de 19e eeuw. Wat kun je daar in 2013 mee? De betreffende uitgever is Maatkamp. Het boekje heet: Agapè leiderschap - lessen in geestelijk leiderschap uit het leven van R. C. Chapman. Op de achterflap tekent de uitgever op: 'Hoewel hij vandaag de dag vrijwel onbekend is (...).' En toch wil de uitgever er iets mee: Chapman was in zijn tijd namelijk niet de eerste de beste. Hij was een vriend van J. Hudson Taylor en een gerespecteerd bijbelleraar en voorganger.
Als je het boekje leest, raak je toch geboeid. Al meteen wordt de basis gelegd van wat Chapman over leiderschap zegt: de agapè-liefde, de 'vrijwillige, zichzelf weggevende liefde van Christus die verschijnt aan individuele mensen'. Deze levenshouding strekt zich uit naar alle volgelingen van Christus, maar 'een gemeente (of organisatie, bedrijf) kan zich niet goed ontwikkelen als vooral leiders niet 'in agapè-liefde handelen'. In woorden van Paulus: 'Ik wil graag alles wat ik bezit aan u geven, tot mezelf toe'. Het boekje: Dit is agapè-liefde in actie! Samenvattend: oud verhaal? Ja. De moeite waard om het tot je te nemen? Ja, al is het maar omdat het begint bij waar lessen over christelijk leiderschap nog wel eens eindigen: dienen.