Deze tekst is auteursrechtelijk beschermd. Voetnoten zijn in deze webversie verwijderd.
Het werk van de Heilige Geest
door Jessie Penn-Lewis
1. De Trooster
De gave van de Trooster - de Geest der waarheid - hoe wij Hem leren kennen - Hij zal in u zijn - te dien dage zult gij weten - het lijden in Gethsemane
Het is van groot belang dat we bij het zoeken te verstaan van geestelijke dingen de Heilige Geest erkennen als Degene die de dingen van God openbaart. Laten we eens kijken naar de afscheidswoorden van de Here Jezus aan Zijn discipelen in Johannes 14:16-17: ‘En Ik zal de Vader bidden en Hij zal u een andere Trooster geven om tot in eeuwigheid bij u te zijn, de Geest der waarheid, die de wereld niet kan ontvangen (…).’ Dit zijn de woorden die de Here Jezus sprak op de avond voordat Hij verraden en gekruisigd werd. U weet zelf wel hoezeer u de woorden koestert van degenen die u liefhebt - een dierbare vriend of iemand in uw familie die niet meer leeft; u denkt nog vaak terug aan de laatste woorden die hij of zij sprak. En hier is de Here Jezus die met Zijn twaalf discipelen spreekt. Of toch niet? Nee! De kleine kring van twaalf was niet meer compleet. Er waren er nog slechts elf! De plaats van Judas was leeg! Er waren er eerst twaalf, maar één van de groep was weggegaan om zijn Meester te verraden, en terwijl de Here Jezus woorden van hemelse tederheid sprak tegen de elf getrouwen, was Judas elders bezig Hem te verraden!
En hoewel Hij dat wist, was er rust in Zijn hart. Hij had zoveel rust in God dat het niet te merken was dat Hij wist wat er stond te gebeuren. Daar zat Hij, in volmaakte rust, met niets anders aan Zijn hoofd dan tedere afscheidswoorden spreken tot Zijn kleine groep discipelen.
De gave van de Trooster
Jezus zei heel teder tegen hen: ‘En Ik zal de Vader bidden en Hij zal u een andere Trooster geven.’ Bewaar deze woorden in uw hart en vraag de Here of Hij u wil helpen de Trooster te leren kennen. Het is goed om verstandelijke kennis te hebben, maar die kennis bevredigt het hart niet. Wat de wereld vandaag het meest nodig heeft is de persoonlijke kennis van een Trooster die haar de onzichtbare Heiland openbaart.
‘Hij zal u een andere Trooster geven om tot in eeuwigheid bij u te zijn, de Geest der waarheid (…) Want indien Ik niet heenga, kan de Trooster niet tot u komen, maar indien Ik heenga, zal Ik Hem tot u zenden’ (Joh. 14:16-14, 16:7). Hij is de Geest der waarheid. Hij vertelt u altijd de waarheid. Maar Hij is Eén ‘die de wereld niet kan ontvangen’. Arme wereld! Arme wereld! Zij kan de Trooster niet ontvangen! Arme, lege wereld; er is geen ‘troost’ voor haar als zij zich niet tot God wendt. De wereld rest niets dan het oordeel! Arme mensen van de wereld - zij hebben geen troost! Ze hebben geen anker waarmee ze veilig de stormen van het leven kunnen doorstaan. Net als Gods kinderen hebben ook zij een hart, en problemen … maar ze hebben geen troost. Ze kunnen ‘gelukkig’ zijn in het theater en in de bioscoop, en door allerlei andere middelen wanneer de dagen goed zijn, maar in de harde werkelijkheid van het leven hebben zij geen troost. Arme wereld! ‘(…) die de wereld niet kan ontvangen, want zij ziet Hem niet en kent Hem niet; maar gij kent Hem, want Hij blijft bij u en zal in u zijn’ (Joh. 14:7).
‘Gij kent Hem!’ Kent u Hem? Kent u de Trooster? Of reageert u net zoals de wereld wanneer u problemen hebt? Kent u de Heilige Geest? Of kent u alleen een historische Christus, en een historische Heilige Geest die op de Pinksterdag gegeven was? Ziet u Hem als een ‘invloed’, noemt u Hem ‘het’? De Here Jezus zegt ‘Hij’ en ‘Hem’ omdat Hij een persoon is. Kent u Hem, de persoon? Het historische geloof in Christus biedt weinig troost. Er zijn veel mensen die belijden dat ze christen zijn terwijl ze Hem niet kennen. Zij hebben meningen, ideeën, theorieën en zelfs theologieën, maar ze kennen Hem niet. Ik vraag het dus nog een keer: kent u Hem?
Kent u de levende Christus? Zo niet, dan kent u ook de Heilige Geest niet, want Hij openbaart de levende Christus - dat is Zijn werk. Weet u het? Of zegt u: ik denk, ik geloof, ik hoop, ik heb die mening of die visie?
Hoe wij Hem leren kennen
‘Gij kent Hem!’ Hoe? ‘Hij is bij u.’ Dat is ook de manier waarop je mensen leert kennen - doordat ze bij je zijn. Naar de mens en aards gesproken is dat ook de manier waarop Hij gekend wordt. ‘(…) want Hij blijft bij u en zal in u zijn.’ U kent Hem door ervaring, niet slechts in theorie of door verstandelijke kennis. Alles wat u op die manier kent, kunt u heel gemakkelijk kwijtraken, maar wat u in uw ervaring bevestigd hebt gezien, wat u zelf ervaren hebt, kan geen mens ter wereld u afnemen. Daarom konden de martelaren hun lijden dragen. God plant een levend geloof en levende kennis van Hemzelf in Zijn volk, iets wat zelfs het martelaarschap niet uit hen weg kan rukken. Het martelaarschap kan meningen, visies en ideeën van mensen wegnemen, maar geen enkele vorm van martelaarschap kan wegnemen wat in het wezen van de gelovige is gewerkt door persoonlijke kennis en ervaring. En dat is wat God voor ons wil doen. Hij wil dat de Heilige Geest in ons een echte persoon voor ons wordt, die op Zijn beurt Christus echt maakt voor ons in het leven, zodat we niet anders kunnen dan ‘leven in de Levende’. Het is niet wat u gelooft of denkt, het is wat u bent - wat in u gewerkt is en een deel van u geworden is, en wat groter is dan alles wat u alleen maar ‘ziet’. ‘Gij kent Hem, want Hij (…) zal in u zijn.’
Hij zal in u zijn
In het boek van dr. James Elder Cumming over de Heilige Geest schijnt een prachtige lichtstraal op dat vers ‘Hij zal in u zijn’. Hij zegt dat het betekent dat de Heilige Geest in u komt en Zich met u bekleedt zoals Hij dat ook met Gideon deed. Uw uiterlijke mens wordt als het ware een kleed voor de Heilige Geest, die in het innerlijke heiligdom van uw geest woont. De Heilige Geest wil de mensen bereiken, maar Hij is Geest en zij zijn vlees; en hoe kan vlees door Geest bereikt worden? Ze kunnen op geen enkele manier met elkaar in contact komen. En dus draait deze arme wereld maar door, met haar theorieën en visies, zonder enige kennis van God. We zouden daar bijna een altaar voor kunnen oprichten in het christendom , zoals Paulus deed voor de onbekende god in Athene. Ze (de christenen) weten wel wat over hem, maar de meesten van hen kennen Hem niet.
Maar de Heilige Geest wil in u komen en Zich met u bekleden, als een uitwendig kleed dat speciaal voor Hem gemaakt is, opdat hij door uw gedachten en door uw leven werken kan en de wereld bereiken kan. Dan zal Hij Zich met u bekleden zoals Hij zich met Gideon bekleedde (Ri. 6:34), zodat een zwakke, bevende Gideon kon uitgaan in de kracht van God en heel Israël zich achter de Here schaarde.
Dierbare lezer, zegt uw hart nu ‘O God, maak Hem mij bekend’? Ik wil niet uw verstand of uw gevoel bevredigen, of u bevestigen in uw mening of visie. Ik wil u juist van al die dingen wegleiden en u alleen maar vragen: ‘Kent u de Heilige Geest? En kent u door de Heilige Geest de Here Jezus en de Vader? Met andere woorden: KENT u God?’
Het lijden in Gethsemane
De schrijver van de brief aan de Hebreeën toont ons hoe Christus ‘onder sterk geroep en tranen’ tot Zijn vader bad om gered te worden uit de dood, toen Hij zo leed in Gethsemane, want als Hij in Gethsemane al gestorven was, zou de wereld niet gered kunnen worden en zou de Heilige Geest niet gegeven kunnen worden. Als Zijn lichaam bezweken was onder het lijden en de smarten in de hof, zou Hij het kruis niet gehaald hebben. Daarop werd een engel uit de hemel naar Hem toegezonden om Zijn lichaam kracht te geven om de smarten in de hof te kunnen verdragen, en het lijden dat Hem nog te wachten stond op de weg van Gethsemane naar Golgotha.
Wist u dat de Here Jezus op de weg naar het kruis na het lijden in de hof die nacht elf kilometer gelopen had? Van Pilatus naar Herodes en weer terug, van de ene persoon naar de andere, geslagen door soldaten en bespot door de massa - elf moeizame kilometers legde Hij af, met een geduld dat nooit klaagde. Hij verdroeg alles geduldig en zei nooit ‘Ik kan het niet verdragen’ en Hij keerde Zich nooit tegen Zijn beulen. Hij was de VOLMAAKTE MENS! En het was de Heilige Geest, die God is, die Hem kracht gaf om alles te verdragen. Stap voor stap ging Hij naar dat kruis, en daar op Golgotha stierf Hij om verzoening te doen voor de zonden van de wereld; Hij stierf voor u en mij. Daarom kunnen wij nu van Hem zeggen: ‘(…) die Zelf mijn zonden in Zijn lichaam op het hout gebracht heeft’ (1 Petr. 2:24), ja, uw en mijn zonden.