Aanbid God  (hoofdpagina)


Recensie door ds. Jenno Sijtsma (8 november 2017)

   'Omdat het doel van God aanbidding is en dat van Satan ook, rijst de vraag: wat is de plicht van christenen? Het is niet genoeg om niet meer te kennen dan behoud. Wat is het dat God bevredigt? Wie bevredigt het verlangen van Zijn hart? Niet zij die alleen maar kunnen bidden of preken, maar zij die in staat zijn om Hem te aanbidden. Wij moeten aanbidding stoppen in alles wat wij doen. Laten wij aanbidding op de eerste plaats zetten.'


Watchman Nee

   Het moet gezegd, helaas, dat de Chinese evangelist, die overleed in 1972 en meer dan vijfentwintig jaar vanwege zijn christelijke overtuiging en prediking in de gevangenis zat, in ons land ook onder theologen niet of nauwelijks bekend is of gelezen wordt. Door de vertaling van veel van zijn boeken door uitgeverij Maatkamp komt daar de laatste jaren verandering in, en dat is een goede zaak. In al zijn boeken merkt de lezer dat hier een man spreekt die in de eerste plaats vanuit zijn hart en door de Geest geleid de geheimen van Gods Woord gestalte geeft en tot het hart van de lezer spreekt in alle eerlijke en radicale ernst. Dat is ook zo in dit nieuwe boek, met veertien zelfstandig te lezen bijdragen, die Nee in de jaren 1939-1940 heeft uitgesproken. Ik ken geen ander geschrift in het theologische boekengebeuren waarin de aanbidding zo centraal staat. 'Begin elke dag met aanbidding' zegt Nee, 'het hele leven van Gods kinderen moet een leven van aanbidding zijn. Begin nooit ergens aan zonder eerst God te aanbidden. Geef Hem eerst Zijn deel. Als de gemeente Hem Zijn deel van aanbidding geeft in alle dingen, zal dat uiteindelijk leiden tot aanbidding van God op de hele aarde'. Dat lukt niemand uit en van zichzelf, dat weet Nee ook. Daarom zegt hij dat aanbidding een zaak is van de geest van de mens, die door de Heilige Geest wordt geleid, want onze geest kan alleen leven door die Geest.


Sterven aan mijn 'ik'

   De mens, in zonde gevallen, veelal beheerst door allerlei aardse wensen en verlangens, kan uit en van zichzelf God niet behagen en aanbidden. Daarom moeten wij God vragen ons te bevrijden van de dominerende kracht van onze ziel. Want eerst als ik afzie van mijn eigen inzichten, wensen en verlangens, en mijn geest zich richt op de dingen die boven zijn, kan Gods Geest in mij werken. Dan pas kan een mens tot aanbidding komen, als hij afziet van zichzelf en zijn eigen kracht en buigt voor de wegen van God. Het is zinloos om de Here God met mijn krachten te dienen. Alles wat uit onszelf afkomstig is, zal nooit echt vrucht dragen en zal geen echte geestelijke waarde hebben. 'Wij moeten bereid zijn ons individualisme te verliezen. Als er niet fundamenteel met ons natuurlijk leven afgerekend is, zijn wij nog niet echt bruikbaar voor God. Wij moeten door het kruis met onszelf laten afrekenen.' Wij hoeven zelf niets meer te doen of te produceren, het is God die in en door een mens wil werken en werkt. Daarom mag en kan en moet ik op het werk van de Heilige Geest in mij vertrouwen!


De gemeente

   Opvallend is dat Nee het voortdurend over de gemeente heeft en minder over de individuele christen. De gemeente is volgens Nee het allerbeste wat God gemaakt heeft en kan maken. Wij zijn als gemeente Gods meesterwerk, in feite is de gemeente het meest positieve in het universum, het kan nooit verbeterd worden. En met nadruk stelt Nee dat er in feite niet zo iets bestaat als geestelijk leven buiten de gemeente om. De gemeente heeft het niet nodig te bidden dat zij als Christus mag zijn, want de gemeente is Christus. Als wij de werkelijke aard van de gemeente zien, zal dat een revolutie in ons leven betekenen. En om nog eens Nee te citeren: 'De gemeente is geen groep christenen die zich door hard werken een weg naar de hemel baant, maar een groep christenen die nu al burgers van een rijk in de hemelen is. Individuele christenen hebben de verlossing nodig, en als verloste zondaren worden wij deel van de gemeente. De gemeente is het enige middel waardoor God zich kan openbaren.' Het boek dwingt tot nadenken over eigen leven en beleven. Afzien van jezelf en opzien naar God, het in en door alles van Hem alleen verwachten. Dat betekent strijd, maar alleen door strijd zal de overwinning behaald worden.